Zennnnnn.......

11 december 2012 - Accra, Ghana

Een nieuw verslag vanuit het hete Ghana! Het voorbije weekend heb ik ook wat foto’s kunnen uploaden dus neem gerust een kijkje bij de albums. Enjoy!

Maandag 3 december

We zijn weer vertrokken voor een nieuwe werkweek! Op het werk leg ik de laatste hand aan de therapieplannen en behandel ik opnieuw de ene patiënt na de andere. Omdat Lad in de ‘treatment room’ voor elektrotherapie en warmtebehandelingen blijkbaar een fout gemaakt heeft waardoor iemand een serieuze brandwonde had ter hoogte van haar achterwerk, zijn Esther en Lad tegen hun zin van zaal gewisseld. Dit betekent dus dat Esther niet meer bij mij, maar in de ‘treatment room’ staat en Lad bij mij in de oefenzaal. Enerzijds jammer omdat Esther wel wat interesse toonde en (binnen de perken) wilde bijleren en ik vandaag wou voorstellen om om de beurt een patiënt te behandelen, anderzijds goed omdat ik nu Lad de technieken kan aanleren. Vandaag was Lad echter niet geïnteresseerd. Als ik haar iets uitlegde of toonde en vroeg of ze het ook wou proberen, zei ze dat het niet hoefde. Goed begin…  Ik werkte gedurende 7 uren, zonder echte pauze, de ene patiënt na de andere af. Gelukkig waren er de bijzondere patiënten om mijn dag weer op te vrolijken. Zo was er een baby van 1 maand oud met een klompvoet. Haar moeder zag in mij precies de oplossing van al haar problemen. Zo wou ze dat ik bij hen thuis kinesitherapie kom geven, waardoor alles volgens haar ongetwijfeld weer goed zou komen. Tegen haar baby zegt ze: “The obruni will heal you, everything’s going to be alright. You’ll not have problems anymore.” Ow ow, die voeten even terug op de grond moeten zetten. Daarnaast was er ook een kindje van 5 jaar met ‘Cerebral Palsy’. Ik probeerde speels oefeningen te geven, maar er was geen glimlach op haar gezicht te krijgen. Tijdens één van de laatste behandeling, roepen de collega’s plots dat ‘my husband’ er is en natuurlijk verscheen Erik wanneer ik het gordijntje opzij schuifde. Hij bracht bananen en pindanoten voor me mee ([Njammie insjrauw] (= God bless you)) en zegt vanavond langs te komen bij mij thuis. Blijkt dat hij de beste vriend is van mijn gastgezinvader! Wat een toeval, want hij ontdekte pas vandaag dat de obruni die bij zijn vriend logeerde, ik was.

Wanneer ik thuiskwam had ik barstende koppijn en voelde ik me heel moe. Akua zegt dat ze iets wil gaan kopen, maar deze keer zeg ik dat ik me echt niet goed voel en heel graag even voor 20 minuutjes zou willen slapen. Daar schrikt ze precies van en ze draagt zelf mijn rugzak naar mijn kamer! Na 20 minuten werd ik uiteraard gewekt en nam ze me mee naar de tante en de dokter, waar ze ‘fried plantain’ aan het maken was. Natuurlijk was ik weer oppas van dienst voor Akosia, die mij uit dankbaarheid tot 3 keer toe helemaal onder plaste. Wanneer Kevin en Benice van school kwamen, kwamen ze onmiddellijk naar mij toegelopen en hingen ze allemaal rondom mij. Vooral Kevin was heel aanhankelijk en zat samen met Akosia de hele namiddag op mijn schoot. Akua kreeg  deze namiddag een mooie foto van haarzelf terwijl ze aan het zingen was voor de kerk. En of ze er trots op is. Onmiddellijk gaat ze de foto tonen aan iedereen in de straat en alle voorbijgangers. Omdat ik te laat was op de kerkdienst voor de baby, kon ik niet meer zingen maar ze zei wel dat ze al iedereen verteld heeft dat ik op kerstmis zal zingen. Ik kijk er al naar uit! J

Na het avondeten (banku met vis en onkruid) gingen we opnieuw naar de zus, waar we de hele avond voor de deur gezeten hebben en ik alle kinderen van de buurt opnieuw entertainde. Er werd gedanst en opnieuw mondde het uit in een fotoshoot. “Snap them, snap them”. Dit begint toch tegen te steken, zeker aangezien de foto’s op niet veel trekken. Wanneer de echtgenoot belt dat we naar huis moeten komen, blijkt Erik er te zijn. Hij (rond de 50 jaar trouwens) wil perse dat ik me bij hem en zijn vriend zet en dan zegt hij doodserieus “When will you marry me and take me to your country? I really really love you and you also need to love me. How old are you?” “23” “Oh, so you’re ready for children, that’s good! Than we can have children.” Haaaaaalllllooooooooowwwww????? Dit ging toch een stapje te ver, dus in plaats van het allemaal een beetje weg te lachen, heb ik hem serieus gezegd wat mijn visie over dit alles is. Ik zeg dat ik alleen iemand wil trouwen die ik heel graag zie en dat ik hem wel graag heb, maar niet van hem hou. Ook zei ik hem dat iemand trouwen om in een land te geraken zeker geen goede reden is. Ook zijn illusie om zo gemakkelijk in België te geraken en daar rijk en gelukkig te zijn heb ik doorprikt door hem van alles over België, de papiermolen, het individualisme, het weer, geld, het werk vinden en hard werken, uit de doeken te doen. Ik denk dat ik ongeveer 10 minuten heb zitten praten, terwijl hij met zijn mond open gefascineerd zat te luisteren. Gelukkig werd ik daarna gered door Akua Mariam en Abena, die vroegen of ik mee boodschappen wou gaan doen. Hij zegt me dat hij zal wachten tot ik terug ben, lap!  Akua Mariam en Abena zijn constant aan het lachen en gek aan het doen, maar ik heb geen idee over wat ze het hebben, dus loop er een beetje verloren bij. Wanneer ze vragen of ze me vervelen, zeg ik “no, but I miss all the jokes!” en zeg ik ook dat het best vervelend is als je weet dat mensen over je bezig zijn, maar niet weet wat ze zeggen en je jezelf dus ook niet kan verdedigen als dat nodig zou zijn. Hierop zegt ze dat ze niets slecht over me kan zeggen en dat ook nog niemand anders dat gedaan heeft. Eerlijk gezegd moeilijk te geloven als je de lichaamstaal soms ziet, maar dat is hier vaak misleidend. Wanneer we om 21u30 terug thuis komen is Erik gelukkig weg. Eindelijk rust! Hoewel, Akua stopt me snel 6 emmers in mijn armen en zegt dat ik water moet gaan halen in de tank. Ik schep de 6  emmers vol, wat al snel een kwartier duurde, en sleep ze vervolgens één voor één naar binnen. Oef, eindelijk rust! Of toch niet! Net wanneer ik de laatste emmer neerzet, komt iemand binnen voor een massage voor haar pijnlijke heup. Na 15 minuten sluit ik de oefeningen en massage af en ze zegt dat het veel beter is. (Placebo-effect! ;-)) Oef, eindelijk rust! Ik ploef me voor 2 minuten in de zetel en vraagt de grootmoeder nu ook nog geen massage! Daarna ben ik er snel vanonder gemuisd voor Akua me ook nog om een massage zou vragen. Ik heb ook mijn limiet!

Dinsdag 4 december

Wanneer ik om 7u45 in het ziekenhuis aankom, zitten er al 4 patiënten te wachten, maar uiteindelijk werd pas rond 9 uur in gang geschoten en  behandelde ik tot 14 uur onophoudelijk patiënten. Conclusie van de dag: te druk! In het begin kon ik Lad nog wat technieken aanleren, maar gezien de drukte werd ze constant gevraagd in de zaal en ik moest ook gewoon goed doorwerken, wilde ik ooit klaar geraken. Wat een chaos, help! Ik trachtte zo weinig mogelijk na te denken en gewoon te doen en vooral niet het gordijn te openen om de wachtrij te zien. Wanneer ik dan toch even een zakje water ga halen, roepen alle patiënten dat ze ook nog behandeld willen worden en dat ik niet te lang mag wegblijven. Zeeeeeeeeeeg! Gelukkig was het Cerebral Palsy kindje van gisteren wel heel enthousiast vandaag en kon ik ze tijdens de oefeningen veel doen lachen. Vandaag was er ook een jong meisje die 2 jaar geleden een armbreuk had, die de doorbloeding had onderbroken, maar waar medisch niet goed naar gekeken is, waardoor delen van de arm afgestorven en misvormd zijn (Volkman-contractuur voor de kenners). Zo’n dingen zie je jammer genoeg toch ook nog alleen in ontwikkelingslanden…

Wanneer ik wegga, zeg ik dat ik morgen wat meer hulp van hen verwacht, maar het enigste dat ze zeggen is dat het inderdaad teveel is, maar dat ze het ook niet zien zitten om de mobilisaties en lastige dingen te doen en dat ik het dus gewoon niet moet doen. Tjah, eenvoudige oplossing… Eigenlijk ben ik het echt beu en voel ik me een beetje misbruikt, maar wat kan ik eraan doen? Ieder gesprek dat ik erover aanga, loopt uit op een sisser, omdat de staff sowieso niet meer wil gaan werken. Meer hulp van de fysio-assistenten moet ik dus niet verwachten en minder behandelen gaat ten koste van de patiënten. Vincent was trouwens al 2 dagen afwezig en ik had het bijna niet gemerkt als ze het niet gezegd hadden… Toen ik Erik passeerde en hij mij weer bananen en noten gaf, zei hij dat hij helemaal overdonderd was van wat ik hem gisteren vertelde, maar dat hij nog steeds van mij houdt. ;-)

Fysiek zat ik er weer helemaal door en ik strompel naar huis. Dit is niet leuk meer! Wanneer ik thuis kwam ploefte ik me in de zetel en had ik – eerlijk is eerlijk – zin om een goed potje te blèten. Ik vertelde mijn ergernissen aan Akua en ze leek het te begrijpen en beaamde dat ze daar geld verdienen door niets te doen en nu teveel van mij profiteren. Ze vertelde me ook hetzelfde als ik al uit verschillende andere bronnen vernomen had: dat ze in het ziekenhuizen vaak lui zijn en dat er vaak mensen sterven omdat ze gewoonweg geen moeite doen om hen te redden. Het luchtte wel even op om tegen iemand te kunnen zagen, maar het is niet dat ik er veel troost of toch tenminste even rust van kreeg, want nog geen paar minuten later krijg ik Akosia in mijn armen voor de rest van de namiddag, gaan we naar een paar winkels vol stinkende vissen onder de vliegen die mij bijna lieten kotsen, liet ze mij ’s avonds zelf koken en vroeg ze net voor het slapengaan weer een massage, omdat ze toch zo moe was. Hoewel ik wel even nood had aan een kort dutje of even op het gemak zitten, werd er met mijn vermoeidheid en spierpijnen dus weer weinig rekening gehouden. Hoe zielig het ook mag klinken, elke mens, net zoals ik nu, vindt het wel eens leuk om een beetje betutteld te worden als je niet helemaal 100% bent. Maar niet dus… ;-)

’s Avonds liet ze mij dus koken. Zoals velen onder jullie wel al weten, ben ik niet de meest handige persoon en al helemaal niet met viskoppen en andere volledige visachtige objecten, vetbrokken voor de smaak, zakjes gemalen pindanoten die je moet openbijten, tomatenpuree, botte messen zonder snijplanken,… Telkens ik voor 5 minuten iets aan het doen ben, neemt ze het uit mijn handen en zegt ze “You’ve tried”. Dat wil dus ook wat zeggen… ;-) Ondanks mijn gepruts werd het overheerlijke grannutsoep met vis en ‘rice balls’. Ik heb een nieuw favoriet gerecht (als je de vis door kip zou vervangen tenminste)! Tijdens het eten valt de elektriciteit  plots uit en moet ik dus met mijn handen vol rijst en grannutsoep, op de tast op zoek naar mijn zaklamp. Omdat het binnen te warm is, gingen we dan maar buiten in het pikkedonker langs de straat zitten en hadden we best een gezellige babbel. Ik vertelde haar over mijn plannen voor de komende weekends en we planden om samen na kerstmis naar haar familie in de Boti-falls te gaan, woehoe! We zullen daar in een compound overnachten en blijkbaar hebben ze ook een soort boerderij, wordt leuk! Het besef kwam ook dat het de overblijvende tijd wel heel kort wordt en we moeten genieten van de tijd tesamen want dat we elkaar lang genoeg zullen moeten missen. Wanneer de echtgenoot thuiskomt, geven we hem eten en zetten we er ons buiten gezellig bij. Dit was de eerste keer dat ik een echte en vlotte babbel had met Godfred en eventjes waren we precies een echt gezinnetje, heel plezant! Erna doen we nog even de tour van de straat en scoor ik goede punten met mijn Twi. Elke avond passeren we ook even de kapster die telkens Akosia Obruni roept, waarop ik dan ‘Ja Obibini’ roep en iedereen telkens hard moet lachen. Opnieuw steekt ze haar kleine van nog geen 1 jaar in de lucht en zegt ze “Your husband want seks with you tonight, you look so gorgeous!”, jakkie! We ontmoeten ook een vrouw die ernstig ziek is en klaagt van buikloop, waarop ik haar van de verzamelde medicatie ‘Enterol’ geef. Met de toespraak van een presidentskandidaat die in Oda is op de achtergrond, kan ik dan na de massage, rond 22 uur eindelijk mijn bed induiken. Heerlijk!

Woensdag 5 december

“Krak, ai, ow, pfff, krak, aiii.” Zo moet het ongeveer geklonken hebben wanneer ik na een slechte nacht vol buik-, been- en armkrampen, een mug in mijn muskietennet en sinds 3 uur een huilende Akosia op de achtergrond, mijn bed uitkroop. Mijn spieren laten me weten duidelijk voelen dat het te veel geweest is de voorbije dagen. De spierpijn, de vermoeidheid en het uitzicht op een nieuwe werkdag, zorgt ervoor dat mijn gemoed niet helemaal optimaal is. Ik neem me voor me vandaag NIET kapot te werken en eens beleefd, maar duidelijk proberen te zeggen dat ik momenteel niet zo tevreden ben over de gang van zaken. Zoals altijd vraag iedereen ‘ete sei’ (hoe gaat het), maar deze keer zeg ik niet ‘eje’, het gewenste antwoord, maar zeg ik dat ik veel spierpijn heb van gisteren en ik zo’n dagen met zoveel patiënten voor mij alleen niet meer wil. “Ow sorry.” Ze bevestigen dat ik de voorbije weken heel veel patiënten behandeld heb met fysiek lastige technieken en zeggen dat ze begrijpen dat dit heel lastig en eigenlijk teveel was. Ook als de dokter vraagt hoe het gaat, zeg ik dat ik zo niet meer verder wil doen. Ik zeg dat ik wel nog alle patiënten wil behandelen, maar het wat korter zal maken en hoop dat de anderen wat meer inbreng willen hebben. De mobilisaties heb ik uitgezet op de grote papieren en al honderden keren getoond, dus ze zouden ondertussen toch al in staat moeten zijn een – ten minste – beperkte mobilisatie te geven. Hoewel de letterlijke vertaling in het Engels waarschijnlijk op niets trekt, zeg ik dat meerdere handen licht werk maken en dat als iedereen dus een beetje doet, niemand uitgeput gaat zijn én de patiënten een goede behandeling kunnen krijgen.

Gelukkig was het een rustige dag en kon ik zonder mij te overdoen alle patiënten de behandeling geven die ze verdienen. Ik gaf iedereen een korte mobilisatie en gaf daarna oefeningen in de zaal. Zoals ik het dus eigenlijk iedere dag zou willen doen. Veel hulp van Lad moest ik alvast niet verwachten, want ze was moe en heeft de hele dag niets gedaan. Laat me toe letterlijk te citeren “I’m tired so I won’t touch anybody today, tjah!” Verder was er vandaag opnieuw een kindje van 1 jaar met een klompvoet, dat heel bang was van obruni Akosia. Niet handig als je ze moet behandelen, wat een teistering voor mijn trommelvliezen.

Van 2 patiënten kreeg ik een ananas en een tros bananen en ook van Erik kreeg ik bananen en pindanoten. Help, overload aan bananen! Ik denk dat ik er vandaag al 14 (!, maar het zijn wel van die kleintjes) op heb, oeps! 4 van mijn gastgezinmoeder, 4 van de bewaker en 6 van de patiënt.

Rond 13u40 zijn de patiënten weg en beslis ik er dan ook maar vandoor te gaan. Ik heb het verdiend. Bij mijn thuiskomst blijkt dat Akua met Akosia en Atta naar het ziekenhuis is. Ik wandel een beetje rond, ga op bezoek bij enkele familieleden, geef een vrouw langs de straat oefeningen en een behandeling voor haar kniepijn en zet me dan neer op een bankje onder een boom. Al snel kwam Abena, die net terugkwam van een examen, mij gezelschap houden. Momenteel zijn het in alle scholen blijkbaar examens en vanaf 14 december begint er een soort kerstvakantie. Ze vertelt me de hele geschiedenis van het ontstaan van haar kerkgemeenschap ‘Living God Temple’. Over de stichter, een dokter die gestudeerd had in Duitsland en blijkbaar een heel goede en bijzondere man was. We praten verder ook over vervloekingen, spirituele zaken, God, het gebrek aan lezen in de bijbel bij jonge mensen,… Abena is helemaal doordrongen van haar geloof en dat merk je aan alles wat ze zegt. We praten ook over de komende verkiezingen. Ze is duidelijk voorstander van de NPP en noemt de NDC corrupt. We hebben het over Ghana en plaatsen die ik zou moeten bezoeken en spreken af dat we samen naar ‘the big tree’, de grootste boom in West-Afrika, 30 minuten van Oda, gaan kijken. Na 2 uren arriveren Akua, Akosia en Atta eindelijk. “Why didn’t you call me?” “I didn’t want to disturb you”. Blijkbaar waren ze mij in het ziekenhuis komen zoeken om dan samen naar het ziekenhuis te gaan en was ik net weg. Voor één keer dat ik zo vroeg vertrek, jammer… Met Akosia bleek alles ok. Waarschijnlijk zijn het haar uitkomende tanden die haar hinderen.

Aangezien de regens steeds minder worden en de watertank bijna leeg is, moeten we hem aanvullen met water uit de waterput. Wat een werk! Ik krijg een handdoekje om in een ronde te vouwen en tussen de emmer water en mijn hoofd te stoppen. Ze zetten de emmer water op mijn hoofd en eigenlijk kan ik er best vlot mee over de hobbelige paadjes lopen. 5 keer loop ik zo over en weer met een emmer op mijn hoofd, aangemoedigd door vele Ghanezen die het blijkbaar heel grappig vinden. Het heeft bijna een uur geduurd, maar ik vond het best een leuk werkje maar benieuwd of ik het ’s morgens om 6 uur ook nog zo leuk ga vinden.

Erna gingen we weer naar de dokter en de tante, waar een aantal mannen zaten te debatteren over de verkiezingen. Het ging er met momenten heel heftig aan toe, zeker wanneer Akua Mariam (de enigste die voor de NDC is) haar begon te moeien. Aangezien er constant in het Twi gepraat werd, heb ik jammer genoeg wel niet veel van het ongetwijfeld boeiende en grappige gesprek gemist. Met nog 2 dagen in het verschiet is de verkiezingskoorts te snijden. Vandaag was het de laatste dag dat er campagne gevoerd mocht worden en alles werd dan ook uit de kast gehaald om de laatste twijfelaars te overtuigen. Zelfs in onze doodlopende en heel slechte straat, komen er trucks met toeterende Ghanezen langs die posters en flyers uitdelen.  Overal weerklinken ook boodschappen van ‘peaceful elections’. Langs alle kanten wordt ‘peace’ je rond de oren geslagen. Op televisie tonen ze ook heel frequent een filmpje met gruwelijke beelden uit burgeroorlogen en geweld in de buurlanden en tonen ze het contrast met hoe goed en vredevol het in Ghana is en moet blijven.  ’s Avonds opnieuw ‘riceballs’ gegeten met grannutsoep en erna een avondwandelingetje gemaakt langs de familie. Blijkbaar werkt de ‘enterol’ die ik gisteren aan de zieke vrouw gegeven heb goed want ze zegt zich al stukken beter te voelen.

De voorbije dagen waren niet de beste van mijn verblijf, maar ik wil toch nog duidelijk maken dat ik ondanks alle ambetantigheden en gebrek aan communicatie, toch echt heel gelukkig ben met mijn leven hier. Als je me vandaag zou vragen of ik hier 6 maanden zou kunnen blijven dan was het antwoord ongetwijfeld een overtuigende ‘ja’.

Donderdag 6 december

Joehoew, de laatste werkdag van deze week! Vandaag ben ik weer met het juiste been uit bed gestapt. Ik kan me blijven ergeren aan het gebrek aan inzet van de anderen en er nutteloos veel energie aan spenderen of ik kan de knop omdraaien en er een beetje in proberen te berusten. Ik ben hier nog 3 weken en ik wil me inzetten, maar er ook van genieten en me amuseren, maar als ik me zo blijf opjagen in hen als de voorbije dagen en mezelf zo uitput is dat moeilijk. Vandaag besliste ik dan ook gewoon iedereen te behandelen, maar de tijd te beperken en vooral vrolijk te zijn, me te amuseren en onnozel te doen met de collega’s. Ik heb 4 weken elke dag geprobeerd om hen zaken bij te brengen en sommige zaken doen ze wel, maar volledige mobilisaties geven, zoals ik graag zou willen dat ze doen, is hen gewoon te vermoeiend. Het zit er gewoon zo ingebakken dat ze geld verdienen door een beetje te lummelen en dat is natuurlijk aantrekkelijker dan er keihard voor te moeten werken, zoals de vrouwelijke verkoopsters met allerlei zaken op hun hoofd op de straat. Ze zijn de ‘lucky few’ en daar zullen ze een kinesitherapeutje uit België, die trouwens enkele tientallen jonger is dan hen, geen stokje voor laten steken. Ondertussen heb ik toch een fijne band met de ‘physio-staff’ en is er wederzijds respect en vertrouwen, dus ik denk niet dat het daaraan ligt. Zoiets fundamenteels als een mentaliteit veranderen, is bijna onbegonnen werk in 2 maanden en daar moet ik me bij neerleggen. Maar ik blijf gaan voor de kleine overwinningen zoals enkele basistechnieken en oefeningen en tracht de fouten die ze maken recht te zetten. Ze zijn nog niet helemaal van mij verlost, moehaha! ;-) Hopelijk zal er met mij minder te ergeren, meer energie beschikbaar zijn om me gewoonweg te amuseren en de anderen ‘kakrakakra’ (Twi voor ‘little by little’).

’s Morgens doe ik mooie kleren en oorringen aan om de boel wat op te vrolijken, zet ik mijn beste glimlach op en we zien wel wat lukt. De therapieplannen zijn af en Lad toonde er veel interesse in zonder dat ik zelf op aanstuurde. Voor een donderdag viel het aantal patiënten nog relatief mee en dag verliep verder vlot. Lad heeft wel de hele dag liggen slapen. Ze zegt dat ze moe is en doet een beetje zielig en slaapt de hele voormiddag terwijl ik alle patiënten behandel. Het blijft frustrerend maar ik probeerde het mij niet aan te trekken en slaagde er wonderwel nog goed in. Door zelf een beetje te dollen met de andere collega’s en de patiënten, krijg je vaak hetzelfde terug en het werd dan ook een vrolijke boel. Verder behandelde ik vandaag een vrouw met een auto-immuunziekte. Haar huid zit vol met wonden en littekens en trekt samen, waardoor ze niet meer vlot kan bewegen en helemaal tot in haar gezicht misvormd is. (Ja, mama, ik heb handschoenen aangedaan! ;-))

Als de patiënten weg waren, beslis ik er niet nog een uur gewoon te zitten terwijl de rest slaapt en vraag ik toestemming om naar huis te gaan. Wanneer ik thuiskom is Nana thuis, maar is Akua Mariam naar de markt. Ideaal voor een middagdutje en op mijn gemak 100% te genieten van het stukje chocolade dat mijn moeder voor sinterklaas tussen de briefjes voor iedere dag gestopt had! Heerlijk! Na amper 10 minuten is het echter al gedaan met de rust. “Are you sleeping? Come and help me with the soup”. Bladeren van het onkruid voor de soep van hun stengels ontdoen, paprika’s snijden,… Blijkbaar komt de moeder van haar man op het onverwacht langs vanuit de USA en moet ze perfect eten maken (met mijn hulp wordt dat wel wat moeilijk, maar soit). Stress ten huize Ansoma! Geen probleem om te helpen, maar zo gecommandeerd worden is toch niet zo leuk. Ze zegt dat ze moe en ziek is en klaagt van hoofdpijn. Na Akosia, is slachtoffer twee dus gearriveerd. Ik voel me ook niet zo tiptop en wat futloos, maar na wat fysieke rust en de mentale rust die nu toch weer over mij gekomen is, komt dat wel weer in orde. Na de stress voor het eten krijg ik de taak om Akosia te entertainen. Na het eten (banku met vis), gebeurt er een primeur: voor het eerst mag ik ergens alleen naar toe! Hoewel het al donker is, staat ze mij toe alleen naar het internetcafé te gaan. Yes, niemand die meekijkt op mijn scherm. Of dat dacht ik toch, want al snel kwamen 5 jongeren binnen, die constant foto’s van me aan het nemen waren en aan het meeloeren waren op mijn scherm. De foto’s kon ik ze niet kwalijk nemen, want ik neem zelf soms ook ongevraagd een foto van iemand (en ik weet dat dat verkeerd is). Ik had beloofd om 19u30 thuis te zijn en aangezien ik rond 19u25 nog in het internetcafé zat, loop ik snel naar huis. Al gauw lopen er 2 honden achter mij en net wanneer ik wil stoppen met lopen, kruipt 1 hond tussen mijn benen en smak ik helemaal niet elegant tegen de grond. Een klein ventje komt aangelopen en zegt “Obruni, please, don’ run next time”. Ik heb hier inderdaad ook nog nooit een Ghanees zien lopen… Aangezien het vandaag sinterklaas is, vond ik het de geschikte moment om de laatste zak picknicken uit te delen. Ik kon nog net zeggen dat ik ze deze keer aan de kinderen en volwassenen wilde geven die er de vorige keer geen gehad hadden, maar verder had ik niet veel meer in de pap te brokkelen. Ik zat zo te verwateren, maar voor ik er zelf kon bemachtigen was de hele zak uitgedeeld. Ik had beter moeten weten na de vorige keer! Wanneer ik wil gaan slapen om 22 uur, legden mijn gastgezinmoeder en –grootmoeder zich weer naakt op de grond voor een massage, die ik dan maar met mijn laatste beetje energie uitvoer. Uiteindelijk bleek ook dat de moeder van mijn gastgezinvader pas morgen komt, alle stress dus voor niets.

Vrijdag 7 december

En het is alweer weekend, woehoe! Dankzij ‘farmers day’ én de verkiezingen is het vandaag over het hele land een vakantiedag en dus ook voor mij. Na een nacht vol buikkrampen – de langverwachte tweede ziekteperiode van de vliegende spetter is dan uiteindelijk toch gearriveerd – ben ik om 5 uur opgestaan om richting Atimpoku, nabij Akosombo aan het Volta meer te gaan. ’s Nachts trachtte ik op kousenvoeten naar het toilet te gaan, zodat er niemand zijn kop binnensteekt om te vragen wat er scheelt, maar helaas werken mijn darmen niet mee aan het ‘stil zijn’ plan en kreeg ik op het toilet weer bezoek en een bezorgde blik van mijn gastgezinmoeder. Blijft toch gênant! ;-) Wanneer ik opsta, staat mij – in pyjama by the way – al de eerste dagtaak te wachten: water halen in de waterput een beetje verderop. Ik wou me niet laten kennen en als ze constant zeggen dat ik maar de kleinste emmer moet nemen om op mijn hoofd te zetten omdat de anderen te zwaar zijn, neem ik natuurlijk een grotere.  ;-) Onder massale belangstelling en met veel aanmoedigingen heb ik het eigenlijk heel vlotjes (ook al zeg ik het zelf), tot een goed einde gebracht, yes! Ondertussen was het al 5u30 en om 6 uur moest ik aan de ingang van het ziekenhuis staan waar ik met Charles een stuk richting Koforidia (zijn woonplaats) kon meerijden. Snel gewassen, materiaal verzameld, hete thee (met als gevolg een verbrande tong) binnengeschrokt en met het droge brood nog in de hand Akua Mariam uitgewuifd en een ochtendjogging met bagage richting het ziekenhuis ingezet. Net stipt om 6 uur kwam ik er toe maar uiteraard had ik nog alle tijd om op adem te komen tot Charles 20 minuten later arriveerde. Net zoals mezelf, had ook hij zijn vrijetijdskledij aan. Een gestreepte T-shirt, bleke versleten jeansbroek en een petje, grappig! Toen we 10 minuten aan het rijden waren, viel het hem in dat hij iets vergeten was, waardoor we dus weer terug moesten keren en ik de plek zag waar hij en ander (opgeleid) personeel van het ziekenhuis wonen, een soort bungalowpark met allemaal dezelfde kleine huisjes.

De rit richting Koforidia duurde ongeveer 2,5 uren. We bolden over putten en bulten, maar aangezien Charles de weg perfect kent, arriveerde we rond 8u30 in Koforadia. Onderweg hadden we een beetje gekletst en gelachen en had ik van een prachtige zonsopgang kunnen genieten. Toch comfortabel, zo’n auto met beenruimte en zonder opeengepakt te zitten met 20 andere, vaak niet zo welriekende, mensen. Jammer genoeg was dit wel het geval bij de volgende stap in mijn reis naar Atimpoku. Charles hielp me in Koforidia aan een trotro richting Kpong, waar ik dan een nieuwe trotro zou vinden naar mijn eindbestemming. Onderweg naar Atimpoku, wordt het landschap steeds heuvelachtiger en echt mooi, maar doordat ik in het midden van de trotro zit en mijn hoofd  bijna tegen het dak van de trotro komt en de ramen dus verhoudingsgewijs heel laag zitten, heb ik er jammer genoeg maar weinig van kunnen genieten. Aangezien de rug van de mensen voor mij en het dak van de trotro niet zo interessant was en ik toch wel moe was van de korte nacht, viel ik snel in slaap. Plots werd ik bruusk gewekt door een luide knal. Ik voel nog net de weerslag in mijn nek en pijn in mijn hoofd en aangezien de hele trotro naar mij aan het kijken is, “ai” roept en vraagt of ik ok ben, heb ik het sterke vermoeden dat de knal hoogstwaarschijnlijk mijn hoofd tegen het dak van de trotro was, toen we over een put reden. Still ‘alive and kicking’, maar ik zag toch even zwarte vlekken en kreeg al snel serieuze hoofdpijn, die de ganse dag zou aanhouden. Ik vrees dat mijn hersenen toch even teveel door elkaar geschud zijn, nóg minder verstand op overschot (ik zal het maar zelf zeggen ;-))! De chauffeur had precies meer zin in het spelletje zoveel mogelijk putten en bulten raken, in plaats van ontwijken. In het Kpong vond ik al snel een nieuwe trotro die richting Atimpoku gaat en waarvan de chauffeur me afzette vlak aan Aylo’s Bay Leisure Spot, waar we zouden overnachten. Ik meldde me aan aan de receptie en na een uur gewacht te hebben word ik naar een kamer gebracht, die al bezet blijkt. Na nog een half uur wachten werd ik dan uiteindelijk naar een lege kamer gebracht. Dit is de duurste plek waar ik tot hiertoe verbleven heb (66 cedi, ongeveer 26 euro met ontbijt), maar er hangt geen muskietennet, is toch niet zo proper en even later brengt men een dun matrasje voor de derde persoon in de tweepersoonskamer. Aangezien de anderen pas rond 14 uur zouden arriveren, wandelde ik eerst wat rond in het dorp en zocht ik naar een internetcafé. 4 internetcafés gevonden, maar geen enkel die open was. Blijkbaar was er sinds 3 maanden geen internetverbinding meer omdat de lijn werd doorgesneden. De enigste mogelijkheid om internet te vinden, bleek in het nabijgelegen dorp Akosombo te zijn en aangezien de anderen toch later arriveerden, nam ik dan maar een gedeelde taxi naar het dorp. Ik vond al snel het internetcafé, 7 computers én gebruikers op een ruimte van 3 op 3 meter, gezellig! Rond 14 uur waren de anderen gearriveerd en nam ik een gedeelde taxi, waarbij ik 30 minuten moest wachten in de auto tot hij vol was, terug naar het hotel. Het was een leuk weerzien met Marieke en Laura en ik ontmoette er ook voor het eerst de Zweedse Denise en Clara, die beiden ook in het weeshuis in Senya Beraku werken. Ze hadden net lunch gegeten in het hotel en hadden zin om te gaan zwemmen in een naburig gelegen hotel. Daar bleek echter net een chemisch product in het water gedaan te zijn, waardoor we er niet konden zwemmen, maar we vonden al gauw een alternatief in het ‘beach paradise’ een beetje verderop, met een bar, openluchtzwembad en wateractiviteiten op het Volta-lake. Duur (7cedi), maar zalig om eens gewoon te kunnen zwemmen, want in de zee is het eerder een gevecht met het water om recht te proberen blijven. Met de taxi terug naar het hotel, ons opgefrist en dan op zoek naar eten, want de kok in het hotel had een dag vrijaf genomen. Ik had in het dorp een soort pizzeria gezien, maar toen we er aankwamen, vonden de anderen dat het er niet hygiënisch en Westers genoeg uitzag en wilden ze liever in het poepsjieke Continental Hotel, naast onze verblijfplaats gaan eten. Het werd een veel te dure pikante maar lekkere spaghetti met als drankje een Alvaro (smaakt naar kinderchampagne, echt superlekker! ;-)). Erna zaten we nog gezellig te keuvelen op het terras van ons hotel vlakbij het water en kon ik er ook even mijn frustraties van de voorbije week uitgooien. Met op de achtergrond lawaaierige NDC-Ghanezen die de eerste verkiezingsuitslagen (uitslag pas zondagavond verwacht) aan het vieren zijn, ging ik dan rond 22u30 slapen op het dunne matrasje op de vloer tussen de spinnen. Gelukkig was ik deze keer mijn laken niet vergeten.

Zaterdag 8 december

Na een onrustige nacht door de bijeenkomst van de NPP sympathisanten die de hele nacht door hebben gefeest om de verkiezingsuitslagen de juiste richting uit te sturen, staan we om 6u30 op. Om 7u30 ontbijten we op een terras van het hotel boven de Volta River, die er in de ochtendmist heel mysterieus uitzag. Prachtig decor dus voor een ontbijt met ei, worstje, bonen in rode tomatensaus, geroosterd brood, Milo, soort chocolade energiedrank en watermeloen. Aangenaam gezelschap, schitterend uitzicht, lekker eten en een zonnetje dat geen verschroeiende hitte geeft, wat wil een mens nog meer? Vreemd om te bedenken dat het nu december is en jullie allemaal met dikke truien en mutsen rondlopen.

Na het ontbijt staat een bezoek aan de ‘Cedi Beads Factory’, een plaats waar ze kralen maken voor sieraden, gepland. Zoals altijd staan er heel wat taxichauffeurs aan te dringen en al gauw wordt dan ook (volgens mij te snel en onnodig gezien de vele trotro’s) beslist om een taxi te nemen. 30 minuten en elk 6 cedi lichter later, komen we aan op de heel rustige plek, waar we onmiddellijk verwelkomd worden door de gastheer die ons een rondleiding geeft en de verschillende stappen toont om tot de mooie kralen te komen. Interessant en boeiend om te zien. Als grondstof worden verschillende soorten glazen flessen gebruikt, dat wat gestampt tot een fijn poeder, gegoten in een vorm waarbij verschillende tekeningen gemaakt worden, vervolgens gebakken en warm rondgedraaid tot een bol en dan gepolijst met zand en water om na een eventuele schildering erop nog eens gebakken te worden. We ronden ons bezoek af met een bezoek aan het winkeltje, waar niemand van ons kon weerstaan aan de mooie sieraden. Ik wist vooraf al dat ik voor dit weekend niet veel geld op overschot zou hebben, maar nu ging het toch wel heel rap. De plaats waar ze de sieraden maken ligt op 1,5 km van de hoofdweg en wanneer we beginnen te wandelen, pikt onze gids ons op met de auto om ons naar de hoofdweg te brengen. Na een bezoek aan een winkeltje voor wat koekjes, kunnen we eenvoudig voor 1 Cedi een trotro nemen naar onze verblijfplaats. De anderen willen uitgebreid lunchen en de namiddag op het gemak spenderen en dus niet veel bezichtigen, maar ik heb wel zin in een beetje meer actie en wou graag de dam zien, dus ik beslis er alleen op uit te trekken. Ik neem de trotro richting Akosombo en tracht uit te zoeken waar ik de dam kan zien. Blijkbaar ligt deze te ver om ernaartoe te wandelen en al snel staan taxichauffeurs te bekvechten om me ernaartoe te brengen. Om dat ik alleen ben en men me er even tijd wil geven om foto’s te nemen en van het zicht te genieten, loopt de kostprijs echter hoog op. Aangezien ik niet veel geld op overschot meer had, probeer ik tot de best mogelijke compromis te geraken en uiteindelijk spreek ik af met een taxichauffeur dat hij me voor 12 cedi naar een plek zal brengen waar ik de dam goed kan zien en een volgens hem prachtig uitzicht heb en hij daar 15 minuten zal wachten. Na 10 minuten rijden komen we aan op een plek waar je slechts doorheen het hoge gras de dam kan zien. Wanneer ik zeg dat dit toch echt geen mooi zicht is en ik daarmee niet tevreden was, zei hij dat hij me naar een betere plek kon brengen maar dat het dan 15 cedi is. Ik probeerde nog duidelijk te maken dat dit niet de afspraak was, maar er bleek niet veel aan te doen en aangezien ik nu al 12 cedi kwijt was aan niets, besloot ik dan maar het erop te wagen voor 14 (!) cedi. We gingen steeds hoger op de heuvel en tussen de bomen ontluikte een steeds mooier wordend landschap. Op de top van de heuvel bleek een hotel gevestigd te zijn met een terras dat een prachtig uitzicht geeft over de omgeving en de dam. Ok, nu heeft hij me blij gemaakt en dit was de 14 cedi wel waard. Op de terugweg was de sfeer dan ook weer wat gemoedelijker en al gauw vroeg hij me uiteraard om met hem te trouwen. Ik maakte er een beetje grapjes over en het werd een heel plezante rit terug naar Akosombo.

In Akosombo bracht ik nog even een bezoek aan het internetcafé. Hier werden de verkiezingsuitslagen op de voet gevolgd en heel wat gediscussieerd. Wat ook opviel is dat er enkel mannen zaten en dat, als ik een beetje meeloerde op het scherm, ze allemaal e-mails aan het schrijven waren naar een ‘zogezegde’ geliefde in een ontwikkeld land. “My dear, I really love you; want to see you; can you arrange plane ticket / visa; I don’t hear you anymore, why?; I can’t stop thinking of you; how are you in Mexico/USA/Austria”. Exotische liefdes, live vanuit het internetcafé! ;-) Grappig, maar eigenlijk ook vaak triestig tegelijk.

Na het bezoek aan het internetcafé maak ik nog een wandeling door Akosombo, waar ik een lawaaierige verkiezingsstoet van de NPP tegen het lijf loop. Zeker meer dan 30 wagens, met erin en ertussen luidruchtige en uitzinnige Ghanezen met toeters. Blijkbaar stonden ze in de tussenstand even aan kop en dat was voldoende om al vroegtijdig een overwinningswandelingetje te doen. Aangezien het dorp verder niet veel voorstelde, plande ik dan maar mijn expeditie verder te zetten in Atimpoku en daar dan ook geld trachten in te wisselen. Al snel vind ik het Forex bureau maar hoewel de deur open staat, was er na 15 minuten roepen en kloppen, nog steeds niemand te bespeuren. Ik beslis dan maar naar het telefoonnummer op de deur te bellen en de man aan de telefoon zegt me er binnen de minuut te staan. Zijn minuut bleek uiteindelijk nog 20 minuten te duren, maar de vriendelijke man wisselde uiteindelijk wel vlot het geld. Ondertussen was de hemel helemaal grijs overtrokken en was er een sterke wind aan komen zetten. Net als ik op de markt passeer, ontstaat er een zandstorm, waardoor je geen steek meer voor ogen ziet en ik plots wel heel bruin was. ;-) Ik koop fruitsap in een winkeltje en blijf er een schuilen tot de donkere wolken en de regen grotendeels overgewaaid is. Daarna loop ik tussen de compounds naar de oever van de rivier,waarbij ik wat foto’s neem en leuke babbels heb met de plaatselijke bevolking. Hierna wilde ik over de brug over de rivier (de grootste brug van Ghana, maar slechts 100 meter lang) gaan, maar dat bleek toch niet zo simpel als het leek. De wind was nog steeds heel sterk waardoor de brug lichtjes bewoog én op en neer te ging als er een auto passeerde. Eigenlijk niet zo heel verstandig om tijdens de naweeën van een onweer een brug over te wandelen, maar mijn zin voor avontuur was toch heel wat groter dan het risico dat ik ervan zou vallen. Van op de brug had je een heel mooi zicht op de rivier en Atimpoku en andere kleine nederzettingen langs de oever. Aan de overkant van de rivier wandel ik dan ook een stukje langs het water, waarbij ik enkele authentieke dorpjes met ronde hutten en strooien daken, verscholen tussen het groen, passeer. Waarschijnlijk komen hier niet veel obruni’s en veel volwassenen komen heel ongedwongen een gezellig praatje slaan en kinderen tonen hun beste Asunto-danskunsten, tof! Na 20 minuten langs de ene kant van de rivier gewandeld te hebben, beslis ik de andere richting ook eens te gaan ontdekken. Daar is er een grotere dorp met krakkemikkige woningen langs de flanken van de heuvel met een mooi zicht op de rivier. Best leuk om eens gewoon te doen waar ik zin in heb. Een beetje ‘me’-time en rust was welgekomen. Tijdens de week heb ik maar heel weinig momenten voor mezelf. Waar ik ook ga of sta vergezelt mijn gastgezinmoeder mij. In de weekends trek ik er dan met andere vrijwilligers op uit. Dit is altijd wel heel leuk, maar mijn reisstijl van vooral veel dingen zien en actief zijn is niet helemaal compatibel met de vooral ‘relax- en veel en Westers eten’-gedachte van de anderen.

Na 2,5 uren rondgewandeld te hebben, vergezel ik na een heerlijke warme douche, de anderen bij het avondeten (hamburger met frietjes) in het hotel. Na nog een beetje nagepraat en in de reisgids van Laura geneusd te hebben, kruipen we vroeg ons bed in.  

 Zondag 9 december

Na een nacht vol buikkrampen en levensechte nachtmerries over Ghanese mannen die een invasie doen in onze kamer, zijn we om 6 uur allemaal al wakker dankzij de luidruchtige verkiezingsmededelingen en feestvierende Ghanezen. Blijkbaar is de NDC gewonnen en is John Mahama verkozen tot president van Ghana. Het lijkt me spijtig, aangezien ik hoorde dat John Mahama vooral door middel van omkoping en veel individuele pleziertjes zijn stemmen ronselde en heel veel rijke mensen zijn campagne sponsorden ten gunste van zichzelf.

Ik las de Bradt-reisgids van Laura door en plande wat ik de komende 2 weekends (de laatste weekends, nee!), ga doen. Volgende week ga ik naar Nkoranza waar er een project is van de Nederlandse ngo ‘Hand in hand’. Dit is een zelfonderhoudende gemeenschap waarin personen met een beperking samenleven met begeleiders in een eigen klein dorpje waar er kinesitherapie gegeven wordt, er een soort beschutte werkplaats is en je als gast ook kan logeren en het leven in het dorpje kan beleven. Van daaruit zou ik graag de Kintampo Falls en Fiema Boateng Monkey Village bezoeken. Het weekend erna ga ik 4 dagen richting het noorden. Waar ik graag in een traditioneel dorp zou verblijven en misschien ook op safari ga. Aangezien ik niet veel met beesten heb, weet ik nog niet of ik dat ga doen of een ander ecologisch dorp en Tamale ga bezoeken.

Om 7u30 gingen we dan ontbijten op het terras boven de Volta-rivier met prachtig uitzicht. Aangezien de anderen gewoon rustig de voormiddag in het hotel wilden spenderen, heb ik rond 9 uur mijn terugweg gestart. Als een Ghanees die perfect het openbaar vervoer kent, liet ik langs de baan naar het dorp met een zwaaigebaar een trotro richting Kpong stoppen waar ik me nog net kon bijproppen. In Kpong vond ik in het drukke station ook onmiddellijk een trotro richting Koforadia, die nog geen 2 minuten later vertrok. Vlotjes! Na 1,5 uur, veel sneller dan de heenweg, kwamen we dan aan in Koforadia. Aangezien ik een herkansing wilde voor de niet zo geslaagde vis van vorige week én ze mij al heel de week zeggen dat ik ‘smoked fish’ moet meebrengen van het Volta Lake, ga ik in Koforadia op zoek naar de markt om ‘smoked fish” te kopen. Geen idee hoe dat eruit ziet, maar ik vermoed dat, als ik met gelijk welke vis nog 3 uren in de trotro zal zitten, de vis sowieso ‘smoked’ zal zijn. ;-) Al gauw vind ik de chaotisch en gigantische markt. Ik loop langs de smalle doorgangen en roepende verkoopsters eerst de hele ‘non-food’ afdeling door om daarna via de groenten en het fruit te arriveren op de vlees- en visafdeling. Bah, waarom wou ik dit nu ook alweer doen? Ik zie grote vissen liggen die er nogal ‘gerookt’ maar deftig uitzagen en vol overtuiging (ik mocht echt niet laten merken dat ik er niets van ken), neem ik ze vast en inspecteer ik ze grondig, of doe ik tenminste alsof. Daarop vraag ik ‘how much’ en wanneer ze zegt 7 cedi, kijk ik met een bedenkelijke blik van de vis naar de verkoopster. Geen idee hoeveel een vis hier kost, maar sowieso zullen ze mij eerst proberen een hogere prijs aan te smeren. “7 cedi for this fish?” zeg ik op een bedenkelijke toon, waarop ze zegt 5 cedi. Haha, yes, ik wist het!  Ik koop 4 volledige vissen en beslis aan een andere stand nog een andere soort te kopen. Even verder zie ik opnieuw mooie, grote vissen liggen en met dezelfde strategie koop ik 4 vissen voor 4 cedi. Vlotjes! Abena, mijn nicht hier, had me verteld dat men in de Volta-rivier typische kleine visjes had en toen ik terug aan het trotro-station kwam, zag ik een verkoopster met zo’n minivisjes. Ik koop 2 zakjes met 2 verschillende soorten kleine visjes, die ze ongetwijfeld met kop en al opeten. Ik hoop maar dat ik er niet zelf van moet eten! Ik vind algauw de juiste trotro naar Akim Oda, die, lucky me, al bijna vol zit. Ik beslis me voor mijn middagmaal te laten verrassen door wat er allemaal langs het raampje van de trotro passeert. Ijsyoghurt, fried plantain, koekjes, meat pie, watermeloen, ananas, ei, brood passeren de revue, maar ik wil iets origineels. Plots wordt mijn aandacht getrokken door een vrouw met chocoladerepen! Deze kans kon ik niet laten liggen, dus tijdens de terugrit kon ik genieten van de hemelse smaak van chocolade, njammie. Niet zo goed als Belgische chocolade, maar gesmaakt heeft het. Om de verkiezingsuitslagen in het Twi te overstemmen, gebruik ik tijdens de rit naar Akim Oda voor het eerst deze reis mijn mp3-speler. Met mijn lievelingsliedjes op de achtergrond rij ik langs de vreselijkste wegen  door het prachtige heuvelachtige groene landschap langs afgelegen dorpjes en voel ik me intens gelukkig. :-) De muziek voedt de emoties en de ganse rit zat ik dan ook met een grote glimlach op mijn gezicht. Ik stap uit aan het ziekenhuis, bel mijn gastgezinmoeder dat ik eraan kom en wandel naar huis. Onderweg kom ik een aantal “familieleden” tegen die me hartelijk verwelkomen en meewandelen naar huis. Akua Mariam zit voor de compound aan de overkant van de weg en wanneer ik begin te zwaaien komt Abena aangelopen en geeft ze me een dikke knuffel. Hehe, dat doet deugd! J  Mijn gastgezinmoeder lijkt minder enthousiast en roept kwaad een aantal zaken in het Twi naar Abena. Naar mij roept ze eerst 10 keer in het Twi en dan uiteindelijk als ik roep dat ik het niet versta in het Engels: “Put your bag inside and come back here!” Ok… Wanneer ik terugkom was Kevin net gevallen op de stenen en roept ze “Do first aid.” Zeg! Wanneer we kort daarna samen naar binnen gaan vraagt ze of ik ze gemist heb. Ik zeg dat ik altijd heel blij ben om terug thuis te komen, maar vraag in één zin ook of ze kwaad is. “No no, we were just playing.” Vreemd spelletje… Gelukkig werd ze erna weer wat aardiger, maar de vriendelijkste mens van de planeet zal ze toch niet worden.

Ik demonstreerde de vis die ik meegebracht had en ze was heel enthousiast en zei dat ik heel goed gekozen had. Hiermee heb ik punten gescoord! Ook de prijs die ik ervoor betaald heb, blijkt correct. Goed gedaan Katrijn! ;-) We nemen het mee naar de overburen en verdelen het onder het gezin van de dokter, het gezinnetje van de zwangere vrouw en onszelf. Ik ben blij dat ze deze keer niet het grootste deel voor zichzelf hield en een groot deel aan het gezin van de zwangere vrouw gaf, want aan de bolle buiken en dunne ledematen van de kindjes te zien, is de voedselvoorziening daar toch niet optimaal. Ook Abena krijgt de kleine visjes die ik voor haar meegebracht had. Ze vraagt ook of ze de ananas die ik van een patiënt gekregen had mag verdelen en de hele compound, inclusief mezelf, krijg een stukje. Hoewel niemand me rechtstreeks bedankt, zegt ze dat iedereen heel blij is en me heel dankbaar is. Even later krijg ik ook een tros bananen en plantain terug, waaruit ik dan toch rechtstreeks de appreciatie kan afleiden. Zo gaat dat hier, als je iets krijgt, geef je iets terug volgens je mogelijkheden. De tante blijkt malaria te hebben en vraagt of ik iets heb tegen hoofdpijn. Ik had eerder al dafalgan gegeven aan Akua Mariam en vraag haar of ik de tube met dafalgan’s mag gaan halen, maar die blijkt leeg te zijn. Uitgedeeld zonder te vragen dus… Ik heb nog wat andere (overtijdse, sttt) dafalgan’s zitten en geef haar er daar één van. Verder krijg ik een kolf maïs en wanneer Abena vraagt of ze ‘invited’ is en ik ja zeg, bijt ze er een groot gat in. Wow, hier hebben ze echt een grote mond en sterke tanden!

Wanneer ik gezellig met Atta en Abena zit te kletsen in de compound, komt Erik plots langs. “Put on something nice and we’ll go out”. Pardon, wat is dat hier toch allemaal met die bevelen? ;-) Blijkbaar wil hij me meenemen om iets te gaan drinken en eten in Old Town, het oude gedeeltje van de stad. Ik zeg dat ik het moet vragen aan Akua Mariam, omdat ze ook al eten bereid heeft, maar hij zegt dat dat niet nodig is. Gelukkig komt ze net langs en na een woordenwisseling in het Twi, zegt ze dat het oké is voor een uurtje. We wandelen richting de oude stad, waarvan ik nu ontdek dat ik nog een groot deel niet gezien heb. Een heel gezellige buurt met allemaal oude en vervallen huizen dicht op elkaar, maar waar wel een heel aangename sfeer hangt en iedereen samen zit te keuvelen, te koken, te wassen,… Het lijkt wel een soort overbevolkt begijnhof. We slaan een steegje in en komen aan een modern gebouw waarvoor onder een party-tent mensen aan het dansen, praten, drinken en eten zijn en luide muziek uit boxen weerklinkt. Het blijkt om een housewarming te gaan van een man uit de USA die een huis gebouwd heeft, waarin een aantal families een onderkomen zullen vinden. Ik word aan heel wat mensen voorgesteld, Erik toont me het huis en we zetten ons neer aan een tafeltje in het huis bij zijn ouders waar ik een Cola en kip en rauwe groenten krijg. Rauwe groenten zijn sowieso al ‘not done’ in Afrika en als ik nu zag hoe het klaargemaakt werd, was het al helemaal niet aan te raden, maar als iedereen je constant zegt dat je alles moet opeten dan doe je dat dan maar. Overhoop liggen mijn darmen toch al… Als ik de kip helemaal tot het bot opgegeten had, zeggen ze me dat ik op het bot moet kauwen en inslikken, waarop ze zelf gewoon het bot opeten! Ik kauw er een beetje op maar inslikken was ik toch niet van plan. Gelukkig is het excuus dat mijn tanden niet sterk genoeg zijn om er stukken van te bijten, geldig. Na nog wat mensen gelukkig gemaakt te hebben met een foto en zelf het mikpunt van de fotograaf van dienst geweest te zijn, vertrokken we dan een uurtje later. We passeerden nog langs het huis van de ‘chief’, waar Erik me voorstelde aan de sterk gerespecteerde man en keerden dan langs de gezellige straatjes huiswaarts. Na heel wat korte babbels, vragen of ik de echtgenote van Erik ben, obruni geroep en gezwaai kwamen we uiteindelijk 2 uur later thuis. “De volgende keer moet je u verstoppen als hij komt en zal ik zeggen dat je ziek bent.” Akua Mariam heeft blijkbaar weinig vertrouwen in de vriend van haar man... Eerlijk gezegd ben ik ook wel op mijn hoede, want ik vraag me af wat hij terug verwacht van alles wat hij me geeft en of hij nu nog steeds denkt dat ik met hem zal trouwen en hem mee zal nemen naar België.

Voor het eten ga ik nog met Atta een schoolboek terugbrengen naar een vriendinnetje een paar straten verderop. Het is hier in de middelbare school momenteel examentijd en vrijdag (14/12) start dan een soort kerstvakantie. Als ik vraag of ze veel moeten studeren en stress hebben, is het antwoord telkens ‘ja’, maar aangezien iedereen de hele namiddag gewoon buiten zat te keuvelen en ze er over praten alsof het iets banaals is, denk ik niet dat er zo’n grote druk op hen rust. In de compound waar we het fysica-boek terugbrengen zit een vrouw met een gigantisch gezwel ter hoogte van haar nek. Ik vraag me af of daar ooit al medisch deftig naar gekeken is. ’s Avonds eet ik samen met Atta ‘grannut’-soep van pindanoten met vis en rijstballen. Heel pikant maar zeer lekker!

Even later komt de zieke tante binnen, zwiert ze haar bovenkledij uit en legt ze haar in de grond. Hierop geeft Akua Mariam me massageolie, waaruit ik kan afleiden dat men dus wil dat ik een massage geef. Ik doe de rug en beide armen, waarna ze zich omdraait en zegt dat het tussen haar borsten ter hoogte van haar borstbeen ook pijn doen. Ik zeg dat daar niet echt veel spieren zitten en kijk een beetje bedenkelijk maar wanneer ze allebei roepen “do it”, beslis ik bevel 14 vandaag er dan ook nog maar bij te nemen. Dan maar heel kort een beetje van de opwarmende olie erop gesmeerd. Zie je mij al zitten, een massageolie in te smeren tussen de Pamela Anderson – borsten van een Afrikaanse, goed in het vlees zittende, vrouw? Man man, misschien had ik in deze situatie toch de assertiviteitscursus die men mij in school eens (volgens mij onterecht) wilde opleggen, kunnen gebruiken. ’s Avonds wandelden we nog langs heel wat winkeltjes en gaan we een aantal familieleden goedendag zeggen, waarna we rond 22 uur allemaal rond de televisie verzamelen om de officiële uitslag van de verkiezingen te aanhoren. De spanning is te snijden, want gedurende zaterdag en zondag was het constant haasje over geweest tussen de NDC en de NPP. Voor één keer is het overal stil en kan je een kopspeld horen vallen. Uiteindelijk bleek dat de NDC met 50,7 procent gewonnen is, tegenover 47,5 % van de NPP en net als de uitslag officieel bekend is, horen we in de stad heel wat geroep en toeters en muziek. Aangezien de meeste personen in de straat voor de NPP zijn, ontstaan al gauw heel wat discussies over corruptie, onjuist getelde stemmen en er wordt onmiddellijk al een petitie gestart voor een hertelling want volgens hen zouden van de 15000 stemmen voor de NPP in Akim Oda, slechts 13000 stemmen gebruikt zijn. Akua Mariam, zowat de enigste in de gemeenschap die sympathie heeft voor de NDC, treitert de anderen nog een beetje, maar ondanks de grote teleurstelling blijft de vrede gelukkig bewaard.

Wanneer ik dan rond 23 uur eindelijk in mijn bed wil kruipen om fris en uitgeslapen de nieuwe werkweek te kunnen starten, vraagt Akua natuurlijk nog een massage. Alle hup dan maar!

Tot slot dan nog enkele ‘Wist je dat’-jes:

Wist je dat…

… de grootmoeder echt gigantische boeren kan laten. Zo luid dat ik er zelfs frequent wakker van word ’s nachts en ze slaapt 2 kamers verder.

… ze sinaasappels schillen en dan het bovenste topje afsnijden om aan te zuigen? Probeer het vooral eens thuis! Heerlijk!

… Bij het eten altijd zeggen ‘you’re invited’ maar verder geen aanstalten maken om je een beetje te geven.

… ik jullie allemaal supergraag eens zou meenemen naar hier om jullie alles te laten beleven. Ik kan wel foto’s nemen en het zo goed mogelijk proberen te beschrijven, maar het is toch vooral door hier te zijn en alles te zien, ruiken, voelen en horen, dat je echt kan begrijpen hoe het is, denk ik.

… iedereen hier met een rode pink rondloopt. Om te vermijden dat mensen 2 keer gaan stemmen op verschillende plaatsen moeten ze hun pink in een soort inkt doppen, die ze er de eerste dagen niet afkrijgen.

Mijn excuses voor het waarschijnlijk een beetje saaie en niet zo plezante verslag. Aangezien ik hier niet echt tegen iemand kan zagen, zijn jullie nu het slachtoffer geworden. Ik schrijf hoe het is en hoe ik het beleef en dat lijkt mij de enigste manier om correct te berichten over mijn belevenissen hier. Aangezien ik de knop ondertussen weer in de juiste richting gedraaid heb en ik weer 200 procent aan het genieten ben van alles, beloof ik dat het volgende verslag weer vrolijker en levendiger zal zijn! ;-)

Gegroet!

Akosia

Foto’s

7 Reacties

  1. Sarah & Mathias:
    11 december 2012
    Prachtig geschreven en weeral veel nieuwe ervaringen! Het is elke keer een plezier om u verhalen te lezen! Geniet ervan! Xxx
  2. Mama:
    12 december 2012
    Dag Katrijn,
    Wat een verhaal zeg... Het zal een mooi naslagwerk worden voor je kinderen en kleinkinderen. ;-) In plaats van verhaaltjes voor te lezen uit 'Het grote sprookjesboek' zullen het verhaaljes worden van: 'Toen oma nog jong was...'
    Nu nog vooral genieten want het einde is in zicht, maar 18 dagen meer...
    Groeten, ook van pépé die voortdurend benieuwd is naar je nieuwe verhalen ( waarmee hij dan tegen iedereen stoeft over zijn oudste kleinkind).
    Hou je gezond!
    Mamee
  3. Melanie en Jonathan:
    12 december 2012
    Hey Katrijn!

    Wat een belevenissen allemaal! We volgen het op de voet. Het is echt iedere keer uitkijken nr nieuwe verslagen. Je doet dat super goed, ik ben er zeker van dat iedereen fier is op jou! Op Oudejaar gaan we grondig bijpraten hé en we zullen dan ook eens ons kleurverschil meten. Het zal de moeite zijn :) lol

    Vele groetjes van ons x
  4. Joseph depraetere:
    13 december 2012
    Dag Katrijn,
    Tante Rosine heeft me zonet van mijn stoel geduwd omdat ze je ook wou schrijven, hier komt het ....
    "Lieve Katrijn, vol belangstelling heb ik je openbaar dagboek gelezen.Nog zo jong en al zoveel beleefd, dat kan niemand je ooit nog afpakken, wat een verrijking voor je verder leven ! Ben nieuwsgierig naar je volgende bladzijden en foto's uit je dagboek.Je ziet er heel gelukkig uit, houden zo en denk ook aan je eigen gezondheid.We tellen allen af naar je thuiskomst !
    tante Rosine, ik zie je graag" Voilà nu ga ik weer op de stoel zitten om je nog even te schrijven........tot zo
  5. Joseph depraetere:
    13 december 2012
    Katrijntje toch....wat een "spetterende" beleuvenissen..
    Hoop dat je genoeg medicatie voor jezelf neemt en dat je gezond blijft. ik vermoed dat onze geciviliseerde, culinaire westerse magen de rauwe natuurproducten toch niet goed verteren, ofschoon ze vol zitten met zonnige vitamientjes.
    Ik sta verstomd dat jij zo energiek blijft ondanks alle foute dingen die je rondom je ziet.Ik denk dat je troost mag putten uit de kleine (blijvende)veranderingen die je daar kan doorvoeren.Maar ik denk ook dat je in een gans mensenleven de kronkels van de gekleurde mens niet kan omswitchen naar ons blank model.Zit het klimaat daar voor iets tussen ?? Zijn we hier ook niet vlugger moe of loom bij temperaturen van om en bij de 30°..?We zijn blij als we die mooie foto's zien met de brede glimlach van een gelukkige Katrijn...die we al een beetje beginnen te missen..Hou het warm en breng de zonnestralen mee naar huis ! nonkel J.uit Waregem
  6. Papa:
    13 december 2012
    Hé zus,
    Terug heb ik zeer aandachtig uw reisverhaal gelezen. Blij te mogen horen dat je ondanks enkele frustraties je toch je enthousiasme bewaart. Houden zo.
    Kun je eens volgende plaatselijke beschrijvingen even verduidelijken of illustreren met foto's, want hoe moeten we ons een compound en een troto juist voorstellen?
    Nog enkele vragen die mij door uw blog lezers nogal vaak gesteld worden. Hoe betalen patiënten het ziekenhuis voor uw behandelingen? Bestaat er een soort ziekteverzekering in Ghana of is dit enkel privé en voor de bemiddelden? Hoe behandelen ze de patiënten in het ziekenhuis als u er niet bent, gezamelijke slaapsessies? Ben je er al uit hoe je het ingezamelde geld daar nuttig gaat besteden?.....
    PS: we beginnen stilletjes aan al uit te kijken naar uw thuiskomst en verlangen, nu je het blijkbaar al goed gewoon bent, naar de heilzame relax massages die we nu iedere avond zullen mogen verwachten. In ieder geval hou het daar veilig en draag goed zorg van jezelf. Papa
  7. Mama:
    18 december 2012
    In naam van pépé
    Dag Katrijn,
    Ik ben ieder keer benieuwd naar je nieuwe verhalen. Als je mama ze meebrengt lees ik, de telkens ongeveer 20 bladzijden, in één keer door. En dan nog eens. Daarna geef ik ze mee aan mijn kuisvrouwke die dat 's avonds voor bedlectuur houdt. Gij komt daar nogal wat tegen en zo alleen als enige witte tussen al die zwarten... Ge zijt een vree vrouwmens. Ik wist al dat je veel durfde, maar zoveel...
    Ook aan de foto's zie ik in welke omstandigheden je daar leeft. Niet al te veel luxe blijkbaar. Verlang al tot je terug bent, want 't begint nu lang te duren.
    Vele groeten.
    Pépé